Overslaan en naar de inhoud gaan

Een eerlijk gesprek over racisme

Datum

 

De demonstraties tegen racisme en discriminatie in zoveel landen maken indruk. Kennelijk is de geest nu uit de fles. Bijzonder is dat het niet alleen zwarte mensen zijn die demonstreren, maar ook witte. Een breed gedragen onvrede met ongelijke behandeling. 

Maar er is meer nodig dan demonstreren. Voor Nederlanders zoals ik, die profiteren van het privilege wit te zijn, is het nodig verhalen te horen, met voorbeelden, ervaringen. Die zijn nodig om je echt in te kunnen leven in de ander. Om enigszins te kunnen meevoelen wat racisme doet. Wat het met iemand doet om alleen vanwege zijn huidskleur achterdocht en wantrouwen te ontmoeten. Goed van de EO om persoonlijke verhalen van racisme in een dagelijks kort programma uit te zenden, #ookhier.

Die bewustwording is niet een knop die je eventjes omdraait. Het is een proces. Hoe is dat bij mij gegaan, vroeg ik me af. Mijn gedachten gingen naar flarden en flitsen uit het verleden. Heel lang geleden woonde en werkte ik een periode als enige witte in een Maori gemeenschap in Nieuw-Zeeland. Het was een vormende tijd waar ik met veel plezier op terugkijk. Een oudere Maori merkte op het bijzonder te vinden dat ik daar werkte, omdat hij mij als Nederlandse associeerde met het apartheidsregiem in Zuid-Afrika. Ik vond dat zo vreemd dat ik dat nu nog weet. Maar het is wel veelzeggend hoe ik beoordeeld werd.  

Een grote sprong: in de jaren ’80 las ik twee boeken die grote indruk op mij maakten: Wij slaven van Suriname door Anton de Kom en Hoe duur was de suiker door Cynthia McLeod. Als ik mijn nieuwe inzichten verkregen door deze boeken wilde delen met anderen, merkte ik dat die soms op boosheid en onbegrip stuitten.

Kennen en gekend worden

Het bouwen van vertrouwen door middel van eerlijke gesprekken is altijd een kernactiviteit geweest van Initiatives of Change en Morele Herbewapening, zoals het voor 2001 heette. Ik herinner me een conferentie in 1994 die door Aad Burger en team georganiseerd werd in Utrecht met als thema ‘We leven naast elkaar – leven we ook met elkaar?’ Met onder andere politiecommissaris Hans Papeveld die in 1998 directeur werd van het nieuw opgerichte expertisecentrum politie en allochtonen (EXPA). Hij hield in 1999 een lezing met als thema Politie in de multiculturele samenleving die hij afsloot met de oproep om samen te investeren in kennen en gekend worden. Zijn verhaal op onze eerste website (vanaf 1998 online) werd druk bezocht.

Nog wat flitsen: van 2006 tot 2010 organiseerde Roy Dannarag in Almere conferenties met als doel de verschillende culturele en etnische groepen met elkaar in gesprek te brengen. Verschillende deelnemers aan die conferenties gingen ook naar Caux, waar in het eerste decennium van deze eeuw een aantal jaren internationale multiculturele conferenties gehouden werden. Lothy Bouwe-Day uit Almere sprak als nazaat vanaf het podium in Caux over het Nederlandse slavernijverleden. Ze pleitte voor een nieuw historisch besef en voor solidariteit tussen nazaten van slaafgemaakten en slavenhouders om samen het slavernijverleden te verwerken en overstijgen. Bovendien gaf ze haar publiek een inkijkje in de Surinaamse cultuur. Haar verhaal vond veel weerklank, met name bij Engelsen met een Caribische achtergrond. 

Slavernijverleden herdenken

Een paar jaar later was het Valika Smeulders die mij verder hielp in het bewustwordingsproces. Samen met haar, Lothy Bouwe-Day en haar vriendin Mildred Uda-Lede organiseerden wij van IofC in februari van het herdenkingsjaar 2013 (150 jaar afschaffing slavernij) een grote bijeenkomst in het IofC centrum in Den Haag. Als voorbereiding hebben Valika en ik allerlei samen ondernomen en maakte ze me deelgenoot van haar leef- en denkwereld. Ze nam me onder andere mee naar de herdenking op 1 juli 2012 in het Oosterpark in Amsterdam. Vreemd eigenlijk dat ik zelf nooit eraan gedacht had daar heen te gaan. Terwijl op de keper beschouwd die herdenking voor alle Nederlanders eigenlijk net zo belangrijk zou kunnen zijn als 4 en 5 mei.

De bijeenkomst in februari 2013 met het thema Slavernij herdenken: hoe zo? was een groot succes. Mooi geleid door Lothy Bouwe-Day, goede toespraken van Valika Smeulders en Mildred Uda-Lede. En een heerlijk Surinaams buffet. Valika wilde in haar toespraak als voorbeeld Zwarte Piet nemen als exponent van racisme. Omdat ik bang was dat dat de sfeer zou bederven, vroeg ik haar of ze niet een ander voorbeeld had. Dat heeft ze toen gedaan, maar eigenlijk vind ik dat nu laf van mezelf. Nog dat zelfde jaar maakte ze dit goed in het artikel Een Sinterklaasfeest zonder bijsmaak, waarin ze een sinterklaasfilmpje laat zien uit 1935 (!) met witte pieten op paarden. 

De rijkdom van onze samenleving

Valika stelde me voor aan Mercedes Zandwijken, die op een avond in het IofC centrum in Den Haag kwam spreken over de Keti Koti dialoogtafels, waar zwart en wit samen een rituele maaltijd nuttigen en elkaar bevragen. Op dezelfde avond vertelde Stefanie Schuddebeurs ontdekt te hebben dat een van haar voorvaders een plantage met slaafgemaakten bezat op Curaçao. Dat was echt een avond waarbij je voelde dat we dichter bij elkaar kwamen. Zie Koloniaal verleden: is er een blinde vlek?  

Mercedes op haar beurt moedigde me aan om het net uitgekomen boek White Innocence van emeritus professor Gloria Wekker te lezen en recenseren. Daarna verscheen het ook in het Nederlands, Witte onschuld. Dit boek vond ik een openbaring. Nederland heeft het verlies van zijn koloniën nooit verwerkt, stelt Wekker. Zou het daardoor komen dat ons zelfbeeld vaak niet strookt met het beeld dat anderen van ons hebben? 

Ook nodigde Mercedes mijn man en mij uit voor een Keti Koti tafel in de Muiderkerk voorafgaande aan de Keti Koti herdenking in het Oosterpark in Amsterdam. Allebei heel mooi, plechtig en indrukwekkend. Wat me bijblijft is dat een oudere zwarte man ons aansprak en zei dat hij zo blij was ons daar te zien. Het is ook onze herdenking, zeiden we, maar zo voelt het toch niet echt. Onze werelden liggen nog ver uit elkaar.  

We hebben eerlijke gesprekken nodig. Waarbij zij die verhalen over racisme te vertellen hebben een luisterend oor vinden bij hen, die dat niet ondervinden. Alleen zo kunnen onze werelden bij elkaar komen. Dat die verschillend blijven is niet erg. Dat is de rijkdom van onze samenleving. Maar wat wel erg is, als we niet van elkaar weten. De oproep van de politiecommissaris in 1999 is nog even relevant: laten we samen investeren in kennen en gekend worden.

Hennie de Pous-de Jonge

Aanbevolen:

*Op verzoek van de werkgroep Slavernijverleden van de Evangelische Broedergemeente Nederland (EBGN) interviewde Mildred Uda-Lede twaalf nazaten van slaafgemaakten en contractarbeiders. Op weg naar het jubileumjaar 2013 wilde de EBGN hiermee het gesprek over het verleden en hoe dat nog doorwerkt, bevorderen. Zoektocht in vrijheid is een uitgave van de EBGN.  

*Ook van Mildred Uda-Lede is het kinderboek De Bondruvogel en de oude laars, dat vertelt over slavernij en vrijheid, over de kracht van mensen en het belang van samenwerken. De auteur, die niet alleen de tekst schreef, maar ook de prachtige illustraties maakte, droeg het boek op aan de kinderen van onze wereld. Uitgave LoloGo.

* Valika Smeulders organiseerde een aantal stadswandelingen langs het slavernijverleden van Den Haag. Lees hier over die in 2015 en 2016 . En een interview met haar over het belang van deze wandelingen. Sinds 2017 is zij conservator geschiedenis bij het Rijksmuseum in Amsterdam en maakt ze samen met een team de tentoonstelling Slavernij. Per 1 juli start zij als hoofd geschiedenis van het Rijksmuseum.

*Eind juni 2017 vertelde Lothy Bouwe-Day in een stampvolle Doopsgezinde kerk in Den Haag haar levensverhaal: Zeg nooit dat kleur niet bestaat.