Overslaan en naar de inhoud gaan

Alles moet bespreekbaar zijn

Datum

De Palestijnse imam Hamzeh Zeid-Kailani (1933) heeft zich zijn leven lang ingezet voor een dialoog tussen moslims, christenen en joden. Vrede tussen de godsdiensten is nodig voor vrede in de wereld, is zijn overtuiging. De huidige problemen in de wereld, zoals klimaatverandering, de bedreiging van het leven op aarde en de ongelijke verdeling van rijkdommen, vragen om een gezamenlijk antwoord. ‘De grimmige toestand dwingt ons om elkaar positief te benaderen. De dialoog moet beginnen.’

Kailani werd geboren in Acre in Palestina, nu Noord-Israël. In 1964 kwam hij voor een tijdelijk verblijf naar Nederland, als tolk voor een groep Palestijnen die hier bij een Nederlands bedrijf gingen werken. Na het uitbreken van de zesdaagse oorlog met Israël in 1967 kon hij niet meer terug. ‘Noodgedwongen bleef ik hier en ging aan het werk bij de Utrechtse Stichting Kerk en Buitenlanders.’

Het is het begin van zijn vele jaren van inzet in Nederland voor de dialoog tussen moslims, christenen en joden als imam, tolk en vertaler. Ook is hij actief in allerlei netwerken, waaronder Initiatives of Change, om de dialoog verder inhoud te geven en in de praktijk te brengen. Hij neemt vaak deel aan conferenties, oa in Caux. In de tijd van de komst van de eerste gastarbeiders is hij een van de oprichters van de Interkerkelijke Stichting Kerk en Buitenlanders (ISKB).

Over zijn eerste jaren in Nederland vertelt hij: ‘Ik was werkzaam als vertaler en als imam op vrijwillige basis voor moslim gedetineerden in gevangenissen en huizen van bewaring. Ik kreeg dan meestal niet meer dan een reiskostenvergoeding en 10 gulden als de directeur daarvoor een potje had. Aan het eind van mijn werk kreeg ik nog een bescheiden aanstelling bij het bekende politiebureau Warmoesstraat in Amsterdam, waar ik als imam en tolk fungeerde bij mensen die door de politie werden aangehouden, maar waarvan men niet goed wist wat ermee moest gebeuren.’

In 1974 voegt zijn echtgenote Zahera zich met hun dochter bij hem. In Utrecht wordt een tweede dochter geboren. ‘In 1992 is mijn echtgenote overleden. Wel ben ik inmiddels grootvader geworden van een kleindochter en twee kleinzoons.’

Terugkeer

Naar het gebied waar hij geboren is kan hij pas terugkeren wanneer hij de Nederlandse nationaliteit en een Nederlands paspoort heeft. ‘Toen mijn moeder overleed en ik haar wilde begraven, kreeg ik daarvoor geen toestemming van de Israëlische regering. Mijn verzoek werd gesteund door verschillende kerken, maar Israël wilde geen uitzondering maken. Palestijnen uit het gebied dat in de oorlog werd bezet kregen nooit toestemming daarheen terug te keren.

‘Pas toen ik de Nederlandse nationaliteit kreeg heb ik mijn familie in Nabloes kunnen bezoeken. Ook ben ik toen een keer naar mijn ouderlijk huis gegaan. Daar werd ik vriendelijk ontvangen door de bewoners, maar omdat de regering het huis onteigend had kon ik er geen enkel recht meer op laten gelden. Ik was niet boos op de bewoners omdat die het huis toegewezen hadden gekregen, maar wel op de regering van Israël.’

Kritiek

In het jaar 2000 brengt het weekblad Vrij Nederland op 29 juli een nummer uit waar Hamzeh Zeid-Kailani met een grote foto op de voorpagina staat, in gezelschap van rabbijn Binyomin Jacobs, Ds.J.de Vreugd en de RK deken drs. F.H.J. Zwarts. Onder het motto ‘Het Jeruzalemgevoel in Amersfoort’ komen zij uitvoerig aan het woord. Het blad schrijft dat Hamzeh nog steeds een van de weinige Nederlands sprekende imams in Nederland is. ‘Ook na zijn pensionering vorig jaar wordt nog regelmatig een beroep op hem gedaan.´ Zelf zegt hij: ‘Ze laten je pas met rust als je niet meer beweegt.’

Jonge moslims vragen hem in het Nederlands met hen te spreken over de islam en hen te helpen als moslims in een moderne samenleving te leven. ‘Ook nu nog ben ik in contact met jonge moslims die zich verdiepen in de oude islamitische traditie. Zij zijn verenigd in de AISA (Association Internationale Soufie Alawiyya). Ze bestuderen werken van de Arabische moslimgeleerde Rumi en ik vertaal voor hen zijn gedichten vanuit het klassieke Arabisch.’

In 2009 krijgt Kailani een Koninklijke onderscheiding van Ridder van Oranje Nassau. Bij de uitreiking wijst burgemeester Aleid Wolfsen van Utrecht in zijn toespraak op de tientallen jaren waarin Zeid-Kailani zich in Nederland heeft ingezet voor een dialoog tussen moslims, christenen en joden. ‘U bent er altijd op uit begrip tussen mensen te kweken’, zegt de burgemeester.

Maar niet iedereen waardeert de inbreng van Zeid-Kailani, zo moet hij ook ervaren. ‘Ik heb het niet altijd gemakkelijk gehad als Palestijn die opkomt voor de rechten van mijn volk. Ik heb vaak gesproken met joden en christenen, maar mijn mening werd niet altijd gewaardeerd.’

Na de uitreiking van het lintje valt de groep ‘Nederland en omstreken’ hem fel aan als ‘homofobe terreurgoedprater’. ‘Aad Burger die me op internet had gefeliciteerd met mijn onderscheiding werd als ‘laffe verrader’ betiteld. Ook de burgemeester kreeg een veeg uit de pan.’

Dialoog

Na de gebeurtenissen van 11 september 2001 is de positieve opstelling van kerkgangers en hun geestelijken voor een groot deel verloren gegaan, vindt Zeid-Kailani. ‘Maar veel kloosterlingen bleven trouw aan hun principes en hun standpunt dat een dialoog met de moslims een noodzaak is. Ook onder een klein, maar belangrijk deel van islamitische geleerden bestaat nu belangstelling voor het aangaan van een dialoog met de christenen.

‘Men gelooft in de Goddelijke opdracht van soera 29:46 om met de mensen van het Boek op de beste manier te discussiëren en te zeggen: “Wij geloven in Hem en aan wat Hij aan ons heeft neergezonden en aan jullie heeft neergezonden. Onze God en jullie God is één; en wij zijn aan Hem overgegeven.” Deze Koranische vermelding is dus heel belangrijk.

‘Naar mijn mening heeft de eerste belangrijke interreligieuze conferentie in de wereld dan ook plaatsgevonden op initiatief van de Islam. Niemand minder dan de profeet Muhammad (vzmh) heeft de leiders van de christenen uit Nadzran (Yemen) en de joodse leiders uit Makka en Madina uitgenodigd om over het geloof te discussiëren.

‘Zij kwamen en bleven tien dagen in de moskee en aten, dronken en sliepen daar. Zij praatten over het geloof en iedere groep probeerde natuurlijk de anderen ervan te overtuigen dat zijn standpunt het juiste is. Dat was dialoog. Het doel van die ontmoeting kreeg toen het karakter van elkaars bekering. Dat lukte niet en men sprak af, dat er geen missiewerk onder elkaars aanhang gedaan mocht worden. Tegenwoordig kan men dat van tevoren als voorwaarde stellen voor het gesprek.’

Wereldproblemen

De wereld heeft dialoog hard nodig, zegt Zeid-Kailani, want de problemen zijn urgent. ‘Onze planeet is haast onleefbaar geworden. Het milieu wordt door industriële vervuiling geteisterd en de hoge techniek leidt tot klimaatsverandering. Dit vormt een ernstig gevaar voor het leven op aarde. Men praat er laconiek over en constructieve afspraken voor de oplossing worden wel gemaakt maar niet uitgevoerd.’

‘Milieuvervuiling kan alleen gezamenlijk bestreden worden. Een land alleen kan dat niet, hoe rijk het ook is en hoe hoog ontwikkeld ook in de techniek – het zal niet lukken. Want het vervuilde water en de zure regen verplaatsen zich van het ene land naar het andere, van het ene continent naar het andere zonder enige moeite. Er is geen vergunning of visum voor nodig. De wind drijft alles voort.

‘De huidige grimmige toestand van de wereld dwingt ons om elkaar positief te benaderen. Men moet bereid zijn om voorzichtiger te leven. Men moet bereid zijn om de rijkdom van de aarde samen te delen. Wij moeten niet toegeven aan alle eisen van de nieuwe ontwikkelingen.

‘Kerken en moskeeën moeten hun stem luider laten klinken. We leven wel in een seculiere wereld, maar dat betekent niet dat het geloof in diepe slaap moet vallen. Het geloof heeft een rol in het leven te spelen en dat is de rol van het controlerende geweten. Die rol mag niet opzij worden geschoven. Telkens als hier of daar iets verkeerd gebeurt moeten de moskeeën en de kerken alarm slaan. Geef fanatisme geen kans om te groeien. Dwing de niets-hebbenden niet tot wandaden.'

Voortrekkers

De dialoog wordt bemoeilijkt door de negatieve uitlatingen van prominente geestelijke aan beide kanten, vindt Kailani. ‘Aan islamitische zijde horen we soms van hoogstaande theologen negatieve geluiden die niet te verenigen zijn met de realiteit. Ook aan christelijke zijde gebeurt het.’

‘Een positief geluid kwam uit de mond van een zeer gerespecteerde christen-theoloog, namelijk professor Hans Küng. Hij heeft ooit gezegd: “Er is geen vrede in de wereld mogelijk zonder vrede onder de godsdiensten.” Daar sta ik achter en dit moet de basis zijn waarop mensen aan de dialoog willen gaan werken.

‘Ik hoop daarom, dat een groep positieve, hoogstaande theologen aan beide kanten elkaar zullen vinden en een start willen maken met de dialoog. Ze moeten van tevoren afspreken dat er geen missionair werk aan de dialoog wordt toegevoegd en dat alles bespreekbaar moet zijn. Als het een kans van slagen wil hebben moeten het theologen zijn die gezag in de religieuze wereld hebben.  Het wachten is op zulke positieve theologen en die zijn zeker te vinden.’ 

Francien van Overbeeke-Rippen

In 1993 kwam Kailani’s boek  ‘Kernmomenten in de islam – bouwstenen voor een dialoog tussen moslims en christenen’ uit  bij Gooi en Sticht. Verder is hij betrokken geweest bij  de oprichting van de Islamitische Universiteit in Rotterdam  (IUR), de Islamitische Ouderenbond (ISBO) en de interkerkelijke Stichting Kerk en Buitenlanders (ISKB).